Omniworld

 

Bij een echte stad hoort professionele sportbeoefening, vond wethouder Cees van Bemmel in 1996. Een multifunctioneel stadion was het antwoord. Betaald voetbal, basketball en volleyball moesten onderdak vinden in een nieuw topsportcentrum. Op 13 maart 1997 werden de plannen voor het topsportcentrum gepresenteerd door een combinatie van marktpartijen onder de naam Almada. Niet lang daarna kreeg het centrum de, wellicht ietwat onbescheiden, naam Omniworld. Juli 1999 constateert wethouder Smeeman na wat perikelen, dat Almada wel erg vele petten draagt: die van opdrachtgever, opdrachtnemer en bestuur van de Stcihting Omniworld Sport en Marketing. Dat moet anders. De BV Sport&Leisure wordt als opdrachtgever opgericht maar het wil maar ondanks investering van tijd, energie en geld, komt het topsportcentrum maar niet van de grond.

Na de gemeenteraadsverkiezingen van 2002 formuleert het nieuwe college andere uitgangspunten voor Omniworld. Wethouder Frits Huis stelt een taskforce in die de haalbaarheid en exploitatie van de topsporten basketball, volleyball en betaald voetbal moet onderzoeken. In september 2002 wordt besloten tot een raadsenquête over de gang van zaken met in 2003 de conclusie dat alle betrokkenen schuld hebben aan het debacle.

Augustus 2007 wordt er een sporthal in Almere Poort opgeleverd. Vanaf dat moment moeten de de basketball en volleyballclubs hun eigen broek maar ophouden, vindt de gemeente. OP het Fanny Blankers Koen Sportpark is een klein voetbalstadion gerealiseerd: thuishonk voor de voetballers van FC Omniworld.